Toen ik vroeger naar de Smurfen keek, kon ik me helemaal in het landschap verplaatsen. Zo gelukzalig, zo eenvoudig.
Knap dat Peyo (Pierre Culliford), de geestelijk vader van de Smurfen, dat zo kon vertalen. Hoe meer ik probeer te visualiseren, hoe vaker dit soort landschappen voorbij komen. Bij het portretteren van iemands levenspad lijkt dit soms een passende beeltenis. Wat bevindt zich achter de heuvels? Is het bos wel veilig? Straks kom je het kasteel van Gargamel nog tegen! Of die rare heks met die oranje pijpenkrullen pruik. Hoe heet ze ook alweer? Het kan allemaal. Zelfs de weermachine van Knutsel. Het meest onbeïnvloedbare als het weer kregen de Smurfen onder controle. Althans, dat dachten ze. Want het liep natuurlijk gierend uit de klauwen.
Waarom al dit jeugdsentiment? Geen idee. Het is een goede indicatie voor mijn bouwjaar. Ik denk dat Peyo ons wilde vertellen dat er in ieder van ons een Gargamel, Asraël, Agatha (want zo heet ze), Lolsmurf, Brilsmurf en Grote Smurf schuilt. En een Potige Smurf...met een hartje op de schouder.